Bestuurlijke samenvatting

Beleid

Terug naar navigatie - Beleid

Sociaal-economische structuurversterking
De coronacrisis heeft op meerdere sectoren van de lokale economie een grote impact. Vanaf het begin van de crisis zijn wij in contact met ondernemers geweest en ondersteunen we binnen de mogelijkheden die we als gemeente hebben. Wij hebben een breed pakket aan steun- en compenstatiemaatregelen besloten, mede om de via het Rijk verkregen middelen te besteden. Om ondernemers tegemoet te komen, geven we openbare ruimte tijdelijk in gebruik voor terrassen en zijn vergunningen voor evenementen tijdelijk legesvrij.
Samenwerking in regionaal verband met ondernemers, onderwijs en medeoverheden via Dutch Techzone, en ook de Regiodeal Zuid en Oost Drenthe maakt voor Coevorden een belangrijk verschil. Mede op basis van de evaluatie van DTZ en het door de rekenkamers uitgevoerde onderzoek wordt voor DTZ een nieuwe strategische agenda voorbereid die in de tweede helft van 2021 aan de raden zal worden aangeboden.

In juni 2021 heeft de Raad van Toezicht van het Europark ingestemd met een onderzoeksopdracht. Deze opdracht bestaat uit een (tussentijdse) evaluatie en een brede heroriëntatie op het Europark. In de eerste fase blikken wij terug op wat het Europark heeft bereikt in de afgelopen twintig jaar. In de tweede fase kijken wij vooruit. De tijd staat niet stil en de wereld om ons heen verandert snel. Wat betekent dit voor het Europark? Aan de hand van de pijlers masterplan, structuur en randvoorwaarden willen wij deze vraag beantwoorden.  

Recreatie&Toerisme
De voor Coevorden zo belangrijke recreatiesector maakt als gevolg van Corona moeilijke en onzekere tijden door. Positief is dat Drenthe als vakantieprovincie opnieuw ontdekt lijkt te zijn door de binnenlandse toerist. Doorlopend blijven wij in contact met de recreatie-ondernemers om zo tijdig te kunnen inspelen op vragen. In samenwerking met ToReCO en ondernemers zijn we gestart met de actualisatie van de beleidsagenda voor de vrijetijdseconomie. We verwachten nog voor 2022 deze aan de raad te kunnen aanbieden.

Onderwijshuisvesting
In 2020 is een eerste uitwerking gegeven aan de plannen voor de huisvesting van De Nieuwe Veste. Op basis van nader onderzoek naar de varianten voor gedeeltelijke renovatie/nieuwbouw op de huidige locatie is in juni besloten deze varianten af te laten vallen. De varianten voor nieuwbouw op de huidige locatie of op het bedrijventerrein de Holwert-Midden zullen nu verder worden onderzocht om eind van dit jaar een definitieve locatiekeuze te maken.

Coevorden, culturele gemeente 2021-2022
Wij koesteren de verbondenheid in onze gemeente en de kracht van de gemeenschap. Het is belangrijk dat iedereen in onze gemeente zich onderdeel voelt van onze gemeenschap, en tegelijkertijd zichzelf kan zijn. Culturele activiteiten en een bloeiend verenigingsleven zijn hiervoor erg belangrijk. Het cultureel jaar zal in 2021-2022 middels diverse activiteiten worden gevierd. De opening van het culturele jaar is gepland op 28 augustus in 2021 en het stokje van de gemeente Midden Drenthe is inmiddels overgenomen.

Sociaal domein
In deze Halfjaarrapportage ligt de nadruk op de ambities zoals die zijn vastgelegd in de Programmabegroting 2021. De realisatie van deze ambities liggen voor een groot deel op schema, ondanks de Corona-crisis. Deze ambities zijn versterkend voor en aanvullend op de reguliere taken van het sociaal domein. In een aantal gevallen moeten ze verankerd worden binnen de werkprocessen en leiden tot een andere manier van werken. De pijler ‘voorkomen’ is richtinggevend voor ons handelen. Er wordt in de volle breedte zoveel mogelijk ingezet op het voorkomen van zorgen en problemen en het normaliseren daarvan. Door deze preventieve basis verwachten we dat er op termijn een minder groot beroep wordt gedaan op het noodzakelijke vangnet dat wij als gemeente hebben voor de inwoners die dit echt nodig hebben. Voor wat betreft de tekorten en de taakstelling, halen we in 2021 de taakstelling van € 200.000. Een groot deel van dit bedrag gaan wij dit jaar als structurele taakstelling realiseren. De rest wordt aangevuld met incidentele ombuigingen. De opdracht is om de taakstelling structureel te verwerken. Hiervoor wordt het beleid van het sociaal domein herijkt en geactualiseerd.

Ons reguliere werk bestaat er uit om met menselijke maat zoveel mogelijk binnen de budgetten die we daarvoor krijgen van het Rijk onze wettelijke taken uit te voeren. En dat lukt vaak wel, maar soms niet. Binnen het sociaal domein wordt hard gewerkt om meer gegevens en data te genereren en deze juist te duiden. Zo kunnen we beter gaan volgen of onze ingezette koers de juiste is en onze ambities bereikt worden. Deze uitgangspunten worden meegenomen in het ‘Spoorboekje Sociaal Domein’ dat in 2021 de basis legt en de kaders geeft voor de verschillende beleidsterreinen binnen het sociaal domein.

Jeugd
De overschrijdingen op jeugd laten dat bijvoorbeeld goed zien: tussen 2018 en 2020 stijgen de zorgkosten van ruim € 6 miljoen naar ruim € 7,1 miljoen, terwijl het gemiddeld aantal cliënten ongeveer gelijk blijft.  Het gemiddelde aantal personen door het jaar heen lijkt vrij stabiel (ca. 750). Ondanks dat de gemiddelde 'caseload' in aantallen ongeveer gelijk is, zien we de kosten voor de jeugdzorg per cliënt juist toenemen. Daarnaast is de gemiddelde doorlooptijd vaak korter dan bij Wmo-voorzieningen.  Hierdoor is er sprake  van meer verloop binnen een jaar (veel kinderen/jongeren die in de tweede helft van een jaar zorg ontvangen zijn niet dezelfde als de groep uit de eerste helft). Ook is er vaak sprake van meerdere voorzieningen per persoon, soms gelijktijdig, soms elkaar opvolgend. Deze gegevens vragen om een verdere analyse, hier zetten we de tweede helft van 2021 op in.

Wmo
Voor de Wmo geldt ook dat hier overschrijdingen plaatsvinden, ten hoogte van zo’n € 300.000 in dit jaar. Dit is onder andere toe te schrijven aan de invoering van het abonnementstarief, een vast tarief voor de eigen bijdragen aan Wmo-voorzieningen. De eigen bijdrage is gemaximeerd op € 19 per maand, de inkomsten van de gemeente lopen daarmee terug en door de aanzuigende werking loopt het aantal unieke cliënten die huishoudelijke hulp ontvangen op: van 1.375 in 2018 naar 1.540 in 2020. Ten tijde van het opstellen van deze rapportage eind juni staat dit aantal op 1.481.

Participatie
Het aantal uitkeringen in het kader van de Participatiewet blijft ongeveer gelijk. Het aantal uitkeringen op 1 januari 2021 was 722 en op 1 juni 2021 waren dat er 721. Er zijn in het eerste half jaar van 2021 76 mensen ingestroomd en 77 mensen uitgestroomd.

Schuldhulpverlening
De kosten bij schuldhulpverlening lopen op van € 60.000 in 2018 naar € 84.000 in 2020 en de verwachting voor 2021 is circa € 120.000. De kosten lopen op, terwijl het aantal inwoners die in de schuldhulpverlening zitten en bekend zijn bij ons, afnemen. Op dit moment wordt er door 233 cliënten van 400 diensten gebruik gemaakt. 68% van deze groep is woonachtig in de stad Coevorden. De cijfers en aantallen komen overeen met het landelijke beeld. De breedte van de schuldhulpverlening is toegenomen wat de kostenstijging verklaart.

BOCE bereikbaarheidsvisie vastgesteld
Uit de gezamenlijke college- en gemeenteraden is de wens naar voren gekomen om een gezamenlijke visie op te stellen voor het thema bereikbaarheid en mobiliteit, gebaseerd op het bestaande beleid. In een ambtelijke werkgroep is samen met Bureau PAU gewerkt aan een visie op hoofdlijnen. De BOCE bereikbaarheidsvisie is in het eerste halfjaar vastgesteld.

Verduurzaming Vastgoed
Wij hebben onze duurzaamheidsvisie vorm gegeven via verschillende pijlers. Een van de pijlers is een ‘duurzame gemeentelijke organisatie’. Het verduurzamen van het eigen vastgoed valt onder deze pijler. Het wensbeeld uit de duurzaamheidsvisie is dat de gemeente in 2040 energieneutraal is, waarbij ons vastgoed flink is verduurzaamd of vervangen door energieneutrale bouw. Om invulling aan de ambitie te geven is eerst inzicht nodig. Daarvoor heeft RoyalHaskoning DHV een nulmeting uitgevoerd. Door de verduurzamingsmaatregelen in samenhang met onderhoud over een langere termijn te bezien worden de werkzaamheden van onderhoud en verduurzaming zoveel mogelijk logisch gecombineerd. Daarbij wordt er rekening gehouden in welke volgorde van werkzaamheden de verduurzamingsmaatregelen ingepast kunnen worden. Ook is er gekeken in hoeverre de verduurzamingsmaatregelen praktisch toepasbaar zijn. Alle uitvoerbare verduurzamingsmaatregelen zijn opgenomen in de meerjarenonderhoudsplannen tot 2030. Hiervoor zal in het 2e halfjaar een separaat college- en raadsadvies worden opgesteld.

Grondstoffen
De economie trekt aan en daardoor zijn grondstoffen schaars. Hierdoor stijgen de prijzen voor grondstoffen snel en fors. De tekorten hebben direct invloed op de planning en realisatie van diverse reconstructies. Als er geen producten geleverd kunnen worden, kan het werk immers niet gemaakt worden. Deze ontwikkelingen hebben invloed op de prijzen van onze werken en mogelijk ook op de benodigde en beschikbaar gestelde kredieten.

Omgevingswet
De beoogde inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet wordt met een half jaar verplaatst naar 1 juli 2022. Dit geeft gemeenten en uitvoeringsorganisaties meer ruimte om de implementatie van de wet op een zorgvuldige en verantwoorde wijze af te ronden.

Duurzaamheid
Met de duurzaamheidsvisie is een grote ambitie vastgesteld op duurzaamheid. Er is en wordt al veel gedaan aan de uitvoering, zoals gebruik van duurzaam materiaal bij beheer en inkoop van meer duurzame materialen. En er is nog veel te doen. Dit jaar is met de besluitvorming over de Regionale Energiestrategie en de Warmtevisie een belangrijk jaar. Ook wordt het opstellen van de strategie voor Klimaatadaptatie in het najaar weer opgepakt. De VANG-doelstellingen vragen extra aandacht. Voor het (alsnog) behalen van de VANG-doelstellingen wordt een routekaart opgesteld. Zonder de inzet van inwoners en bedrijven kunnen de klimaatdoelen in Coevorden niet worden gehaald. We gaan na welke rol de gemeente daar, binnen de (financiële) mogelijkheden, in kan hebben.

De genoemde plannen vormen de basis voor uitvoering voor komende jaren. Uitvoering die veel van de gemeente gaat vragen, in capaciteit en uitvoeringsmiddelen. Een eerste inschatting hiervoor wordt bij de programmabegroting 2022 voorgelegd.

Bestuur en Organisatie
Zoals in de programmabegroting 2021 aangegeven, is onze ambitie om te groeien en echt goed te worden in Verbindend Besturen onveranderd. Dit ondanks de Coronacrisis die meer inspanning vraagt om deze ambitie te realiseren. De mogelijkheden voor contact zijn beperkter. Logischerwijs zijn er minder initiatieven vanuit de dorpen en wijken en wordt er geen wijk- en dorpenronde gehouden omdat fysieke ontmoeting daarvoor noodzakelijk is.
Dat betekent echter niet dat er in het afgelopen half jaar niets is gebeurd in de dorpen en wijken. Ondanks dat de Coronacrisis nog steeds een stempel drukt op de samenleving zien we ook dat de samenleving zich weer verder openstelt en went aan het nieuwe normaal. Er worden, ondanks de situatie, toch initiatieven ontplooid in de dorpen en wijken. Ook kijken we in Drents verband, binnen de Vereniging voor Drentse Gemeenten (VDG), hoe we de samenleving weer op het welvaartsniveau van voor de pandemie krijgen. Hiervoor heeft het VDG-bestuur opdracht gegeven om een perspectiefplan op te stellen. We trekken hierin samen met de andere Drentse gemeenten op waar dat kan en delen lokale initiatieven die in de provincie zijn ontstaan.

Verbindend Besturen
Verbindend Besturen blijft zich altijd ontwikkelen. Omdat de samenleving zich blijft ontwikkelen. In het afgelopen half jaar hebben we de tijd genomen om terug te kijken naar de manier waarop Verbindend Besturen zich heeft gevormd. Dit heeft geresulteerd in het document ‘Verbindend Besturen en Samenwerken’ waarin staat hoe wij samenwerken met de samenleving. Deze visie is tegelijkertijd een handreiking die medewerkers en inwoners kan helpen bij het vormgeven van participatie bij opgaven, zoals bij de implementatie van de Omgevingswet. Tegelijkertijd kijken we wat de organisatie nodig heeft om de volgende stap te zetten. Daarbij gaat het bijvoorbeeld over de rol en positie van de gebiedscoördinatoren. Ook hebben we via vragenlijsten met de wijk- en dorpsverenigingen geëvalueerd hoe we verder gaan met het Stimuleringsfonds. In september gaan we met de raad over deze ontwikkelingen in gesprek. En we werken aan een dashboard met gegevens over wijken en dorpen. We ontwikkelen dit zelf en volgen de provincie die hier ook mee bezig is.

Democratie in Actie
Wij nemen deel aan het programma Democratie in Actie, zowel aan het landelijke netwerk als aan het Noordelijke ontwikkeltraject organisatieontwikkeling. Samen met acht andere gemeenten en twee provincies in het Noorden delen wij onze kennis en ervaring als het gaat om nieuwe democratie, participatie, samenwerken en de wijziging in rollen. Aan gemeenten worden handreikingen beschikbaar gesteld hoe ze kunnen omgaan met de veranderende democratie. Het programma Democratie in Actie stopt in het najaar.

Online dienstverlening
Een andere doelstelling binnen Programma 5 Bestuur en Organisatie is Passende Dienstverlening. Wij zijn als gemeente de eerste overheid en willen nabij, toegankelijk en gemakkelijk benaderbaar zijn voor iedereen. Het project online dienstverlening loopt inmiddels een jaar. In het afgelopen half jaar zijn de visie op online dienstverlening en de social media strategie opgeleverd. Ook kunnen inwoners via e-formulieren makkelijker en sneller hun producten en diensten aanvragen. Op dit moment werken we, via Dimpact, aan de nieuwe website. Digitale toegankelijkheid en vindbaarheid van informatie staan daarbij centraal. Onze dienstverlening ontwikkelen we continu. Het project klantreizen levert daar een belangrijke bijdrage aan. Het project wordt afgerond en de methodiek wordt in de organisatie belegd zodat we dit blijvend kunnen gebruiken. En we bereiden ons voor op nieuwe wetgeving, zoals de Wet Open Overheid die naar verwachting op 1 januari 2022 in werking treedt.

Allemaal goede ontwikkelingen als het gaat om onze (digitale) dienstverlening. Tegelijkertijd gaat de digitale transformatie razendsnel en zijn we op dit moment onvoldoende ingericht en onvoldoende wendbaar om hierin mee te kunnen. Deze ontwikkeling vraagt om een andere manier van werken waarbij klant- en datagedreven werken en beleid centraal staan. We brengen op dit moment in kaart wat dit organisatieverandertraject precies vraagt en komen daarop terug.

Organisatie
Alle ontwikkelingen zowel binnen onze organisatie als in de maatschappij om ons heen dwingen ons om voortdurend kritisch te blijven kijken naar onze eigen organisatie. Dit is een continue proces. Deze basis blijft ook in de komende periode leidraad bij het verder ontwikkelen van de organisatie en haar medewerkers.

De huidige verschuivingen in de arbeidsmarkt maken die benodigde ontwikkelingen er echter niet eenvoudiger op. We merken in toenemende mate dat de arbeidsmarkt is veranderd waardoor het aantrekken van geschikte medewerkers steeds moeilijker en arbeidsintensiever wordt. Dit zien wij in de volle breedte van de organisatie, variërend van leidinggevende functies tot het onderhoud in het openbaar groen. Deze ontwikkelingen vragen om extra inzet en aandacht om de continuïteit van de organisatie te kunnen waarborgen. Ook vraagt het om aantrekkelijk werkgeverschap. Corona heeft als katalysator gewerkt voor de doorontwikkeling van onze werkomgeving. We werkten al mobiel, maar dat is nog vanzelfsprekender geworden. Daarom zijn we gestart met de herijking van ons werkconcept Werken Beweegt. Dit o.a. met als doel om een aantrekkelijk werkgever te blijven, nu en in de toekomst.

Zoals hierboven beschreven zijn veel mooie ontwikkelingen te benoemen. Tegelijkertijd ontstaat er op een aantal plekken spanning in de organisatie tussen enerzijds de taken en verantwoordelijkheden die er liggen en nog op ons afkomen en anderzijds de beschikbare capaciteit om dit mee in te vullen. Variërend van (strategisch) beleid tot programma- en projectondersteuning. Dit is in deze rapportage zichtbaar aan de oranje stoplichten bij de indicator 'tijd'. Het vraagt om keuzes in temporisering en prioritering, die wij betrekken bij de samenstelling van de Programmabegroting 2022. 

Financiën

Terug naar navigatie - Financiën op hoofdlijnen

Bij de Programmabegroting 2021 hebben wij uw raad een pakket met heroverwegingen voorgesteld om  onder andere de begroting meerjarig sluitend te maken. Dit was nodig omdat de druk op de begroting toeneemt. Dit is vooral het gevolg van de ontwikkelingen in het sociaal domein. Voor de zomer werd in een arbitragezaak tussen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Rijk duidelijk dat het Rijk gemeenten moet compenseren voor het tekort op de jeugdzorg. Deze uitspraak van de arbitragecommissie is een doorbraak in de langlopende gesprekken tussen Rijk en gemeenten over de meerjarige tekorten en de gevolgen hiervan voor gemeenten. Het uitgangspunt is dat het Rijk met ingang van 2022 de uitkering aan gemeenten met een bedrag van € 1,9 miljard verhoogt.
Voor de korte termijn, dit lopende begrotingsjaar, ontvangen wij via de meicirculaire van het gemeentefonds ongeveer € 850.000 extra voor de uitvoering van de Jeugdzorg. In juni heeft het Rijk als eerste aanzet voor volgend jaar (2022) eenmalig € 1,3 miljard extra toegezegd, waarover wij u in de Kaderbrief 2022 hebben geïnformeerd. Het nieuwe kabinet neemt later een besluit over de structurele verhoging vanaf 2023.

Ook is de herijking van het Gemeentefonds, onze grootste inkomstenbron, een besluit dat door het nieuwe kabinet wordt genomen.

Vanuit 2019 en 2020 hebben wij meerdere overlopende budgetten meegenomen naar 2021. Door onder andere de coronacrisis en de uitstel van de Omgevingswet hebben wij niet alle ambities in de volle omvang kunnen realiseren. Dit betekent dat wij dit jaar een extra opgave hebben naast onze bestaande werkzaamheden en ambities. In het eerste half jaar vroeg dit vanwege de coronamaatregelen ook nog steeds creativiteit en flexibiliteit van onze organisatie. Door het meenemen van overlopende budgetten en de nieuw beschikbaar gestelde middelen voor het uitvoeren van ontwikkelingen, zien wij de druk op onze organisatie toenemen. Dit ziet u terug in de verschillende oranje en rode indicatoren op de programma’s.

Om onze vermogenspositie te versterken, storten wij jaarlijks € 2 miljoen in de algemene reserve. Mede hierdoor hebben wij in de afgelopen jaren een stevige buffer kunnen opbouwen. We hebben een reserve achter de hand om risico’s af te dekken en te kunnen investeren in onze gemeente. De solvabiliteit is op dit moment 33% en dat is binnen de afgesproken bandbreedte. Bij de Programmabegroting hebben wij een inschatting gemaakt van de meerjarige ontwikkeling van de solvabiliteit. Hoe zich dit ontwikkelt, is afhankelijk van meerdere factoren. De solvabiliteit is de verhouding tussen eigen vermogen en vreemd vermogen (o.a. langlopende leningen). Zoals bij uw raad bekend, hebben wij nog een aantal grote projecten in voorbereiding. Voor grote projecten trekken wij langlopende leningen aan., omdat wij die niet binnen onze huidige inkomende en uitgaande geldstromen kunnen opvangen. Bij het afsluiten van nieuwe langlopende leningen daalt de solvabiliteit. Wij zullen bij het samenstellen van de Begroting 2022 kritisch kijken hoe deze ratio zich ontwikkelt. Hierbij luisteren wij naar signalen vanuit de Raad. Gemeente Coevorden is geen bank en een te hoge solvabiliteit is niet wenselijk. Er moet een goede balans zijn; zoveel mogelijk doen voor onze gemeente en toch financiële middelen achterhouden voor wensen in de toekomst en calamiteiten.

Het voorlopig financieel perspectief laat een kleine plus zien van € 107.000. Dit saldo is een resultaat van een aantal grote nadelen in het sociaal domein en het positieve effect van de meicirculaire van het gemeentefonds.

Voor het sociaal domein hebben wij dit voorjaar bij de samenstelling van het Jaarverslag 2020 en de Kaderbrief 2022 berekend wat het effect van volumestijgingen en contractuele loon- en prijsstijgingen met zorgaanbieders is. Dit hebben we verwerkt in voorliggende Halfjaarrapportage. Samengevat is het financiële resultaat van deze rapportage als volgt:

SAMENVATTING FINANCIËLE EFFECTEN
Bedragen x € 1.000
Programma 2021 2022 2023 2024
1 | Economie, onderwijs en cultuur
2 | Werk, jeugd en zorg -1.500
3 | Ruimte en leefomgeving 139
4 | Openbare ruimte
5 | Bestuur en organisatie
6 | Financiering en dekkingsmiddelen 1.436
Kleine verschillen 32 24
Totaal 107 24

Vrije begrotingsruimte

Terug naar navigatie - Vrije begrotingsruimte

Conform de beleidslijn in de Nota financieel beleid verwerken wij het tussentijdse resultaat van de Halfjaarrapportage op de stelpost vrije begrotingsruimte. Met de begrotingswijziging die bij deze halfjaarrapportage hoort, voegen wij het bedrag aan deze stelpost toe. Als wij dit najaar uw raad geen voorstellen ten laste van deze stelpost aanbieden, valt het bedrag op deze stelpost vrij bij de jaarrekening. 

Meerjarige effecten die ook na 2022 van toepassing zijn, betrekken wij bij de samenstelling van de Programmabegroting 2022. Dan zullen wij het totaal van alle mutaties uitwerken, waaronder de Kaderbrief 2022 en de Halfjaarrapportage 2021. Het effect in 2022 verwerken wij daarom niet op de stelpost vrije begrotingsruimte. Om u een beeld te geven van de omvang van de stelpost vrije begrotingsruimte in relatie tot deze Halfjaarrapportage, geven wij onderstaand de diverse bedragen weer.

FINANCIEEL MEERJARENPERSPECTIEF
(Bedragen x € 1.000)
2021 2022 2023 2024
Stelpost vrije begrotingsruimte 4 529 226 1.005
Halfjaarrapportage 2021 107 24
Saldo 111 553 226 1.005

Verloop algemene reserve

Terug naar navigatie - Verloop algemene reserve

Het verloop van de algemene reserve is in de komende jaren als volgt. Een uitgebreid overzicht treft u aan in de bijlage. 

VERLOOP ALGEMENE RESERVE
(bedragen x € 1.000) Prognose Begroting
2021 2022 2023 2024 2025
Stand algemene reserve begin boekjaar 31.306 33.432 35.432 37.432 39.432
Toevoegingen aan de reserve 3.811 2.000 2.000 2.000 2.000
Onttrekkingen aan de reserve -1.685
Stand algemene reserve eind boekjaar 33.432 35.432 37.432 39.432 41.432